Er wordt veel gesport met het idee om af te vallen. Dit is echter een veel complexer gegeven dan over het algemeen is geweten. Er zijn namelijk verschillende wijdverspreide zaken die we toch eens moeten aankaarten en verbeteren/verduidelijken om een juist beeld te krijgen van ‘sporten om af te vallen’. Ten eerste denkt het merendeel dat meer bewegen de sleutel is om af te vallen, maar dit is echter slechts ter ondersteuning voor het belangrijkste element: je voeding. Ten tweede is ‘sporten om vet te verbranden’ niet helemaal hetzelfde als ‘sporten om af te vallen’. Als laatste kan je je doel van ‘sporten om af te vallen’ het best verschuiven naar ‘sporten om je lichaam in balans te brengen’.
Mythe 1: Beweging voeding is het allerbelangrijkste
Je vermagert door de combinatie van meer bewegen en minder calorieën opnemen dan je verbrandt. Dit kunnen we uitleggen a.d.h.v. je energiebalans: dit is de balans tussen de hoeveelheid energie die je uit voeding haalt en de hoeveelheid energie die je lichaam verbruikt.
Om af te vallen moet je dus meer energie verbruiken dan dat je binnenkrijgt, en veel energie verbruiken doe je door veel te bewegen. Máár het is zo dat als je meer beweegt, je ook meer calorieën nodig hebt dan normaal. Je moet immers voldoende calorieën opnemen om genoeg energie te hebben om goed te kunnen sporten. Wel moet deze hoeveelheid minder zijn zodat je een negatieve energiebalans hebt en kan afvallen. Vergelijk volgende drie situaties:
- Situatie 1: Max wil afvallen. Om dit doel te bereiken zal hij veel sporten maar voor de rest geen veranderingen doorvoeren.
- Situatie 2: Max zit veel stil en heeft 2000 kcal nodig op een dag. Hij staat wat te dik en wilt graag afvallen. Dit doet hij door zijn energie-inname te verlagen naar 1800 kcal.
- Situatie 3: Max wil nog steeds afvallen. Dankzij zijn sport- en beweegactiviteiten heeft hij 2500 kcal nodig op een dag en zal hij 2300 kcal innemen door gezond te eten.
De laatste situatie zal het gunstigst zijn voor Max om zijn doel te bereiken. Doordat hij minder calorieën inneemt in combinatie met meer bewegen, zal hij sneller afvallen. Hij heeft wel nog steeds voldoende energie ingenomen om te kunnen sporten, maar creëert een negatieve energiebalans.
Door regelmatig te sporten versnelt je stofwisseling waardoor je sowieso al meer calorieën verbruikt. Overschakelen naar een gezond voedingspatroon, dat over het algemeen al bestaat uit minder calorieën, zal de grootste verandering teweegbrengen. De combinatie met het meer bewegen zal je lichaam nog een extra boost geven. Kijk voor meer info bij voeding.
Mythe 2: Vetten verbranden of afvallen?
Je wilt vaak af van je overtollig vet en dat doe je dan door te sporten. Vetten zijn een belangrijke energiebron tijdens het sporten, voornamelijk wanneer je sport aan een lage intensiteit. Kenmerkend is dat je deze sportactiviteiten lang kan volhouden. Wanneer je intensiever sport, verbrand je nog steeds vet maar wordt dit aandeel in het energieverbruik steeds kleiner.
Als je sport om vetten te verbranden bedoel je hoogstwaarschijnlijk dat je wilt sporten om af te vallen. Hierbij moet je voornamelijk kijken naar het aantal verbrande calorieën per sport. Wandelen aan een mooi tempo is omwille van zijn lage intensiteit een ideale sport om vetten te verbranden máár je zal beduidend meer calorieën verbranden – en dus meer afvallen – tijdens kortere en intensievere sporten.
Als je focus meer ligt op het afvallen zijn sporten zoals touwtjesspringen en boksen ideaal. Deze zijn zeer intensief en je verbrandt veel calorieën (waaronder zeker ook vet). High-intensity interval training (HIIT) is bijvoorbeeld een ideale trainingsvorm.
Als je toch kiest om puur vet te verbranden, kies je het best om te sporten voor een lange tijd (meer dan 30-40 minuten) aan een praattempo (lage intensiteit). Duursporten zoals joggen, fietsen, zwemmen, roeien en stevig wandelen zijn goede keuzes.
Mythe 3: Sporten om af te vallen je lichaam in balans te brengen.
Wanneer je (intensief) sport zal je merken dat je weegschaal niet altijd minder kilo’s aangeeft dan voorheen, of misschien zelfs meer. Je zal sowieso wel lichaamsvet verbranden tijdens het sporten, máár je zal tevens spieren kweken en spieren wegen net meer dan vet. Het getal dat op je weegschaal staat, zegt dus zeker niet alles over je lichaam en kan een vertekend beeld geven. Je kan veel gezonder zijn en toch zwaarder wegen – door bijvoorbeeld de gewonnen spiermassa – en minder wegen maar toch wat meer lichaamsvet hebben.
Mede om deze reden kies je beter voor te beschrijving ‘sporten om je lichaam in balans te brengen’ i.p.v. dat je wilt sporten om echt af te vallen. Jouw lichaam is veel anders dan dat bijvoorbeeld van je vriendin, waardoor je evenveel kan sporten maar jullie lichamen er toch anders uit zien. Het is voornamelijk belangrijk dat je op zoek gaat wat voor jezelf een gezond lichaam betekent, dat is zeker niet altijd slank en strak.